preheader NTVH

header website

Luspatercept vermindert noodzaak bloedtransfusies bij anemiepatiënten met myelodysplastisch syndroom

De MEDALIST fase III-studie onderzocht de mogelijkheid van luspatercept als behandeling van anemie bij patiënten met zeer laag, laag of intermediair risico myelodysplastisch syndroom (MDS) met ringsideroblasten die transfusies van rode bloedcellen (RBCT) nodig hebben. De resultaten van deze studie werden gepresenteerd tijdens het ‘Presidential symposium’ van de jaarlijkse bijeenkomst van de American Society of Hematology (ASH) en duiden erop dat luspatercept geassocieerd is met een significante reductie in benodigde RBCT’s. Met luspatercept hoefde 37,9% van de patiënten geen RBCT te krijgen voor ten minste 8 weken, vergeleken met 13,2% van de patiënten in de placebogroep. Bovendien was sprake van meer erytroïde responsen bij de actieve groep. Hiermee kan luspatercept mogelijk een nieuwe behandeling vormen voor patiënten met IPSS-R-gedefinieerde zeer laag, laag of intermediair risico MDS-geassocieerde anemie met de noodzaak voor frequente RBCT’s.

MDS is geassocieerd met een verstoorde aanmaak van bloedcellen gekarakteriseerd door een ineffectieve erytropoëse welke leidt tot anemie en een RBCT-afhankelijkheid. Momenteel bestaat de eerstelijnsbehandeling van anemie met het lagere risico non-del(5q) MDS uit erytropoëse-stimulerende middelen (ESA’s). Voor patiënten die geen respons vertonen op of niet in aanmerking komen voor ESA’s zijn er echter weinig behandelopties. Er is dus een klinische behoefte aan een veilige en effectieve behandeling om het aantal RBCT’s te reduceren bij patiënten met lager risico nol-del(5q) MDS. RBCT’s doen het hemoglobine slechts tijdelijk toenemen, zijn duur en tijdrovend. Bovendien kunnen RBCT’s leiden tot ijzerstapeling, met name in het hart en de lever. Luspatercept is de eerste van een nieuwe klasse middelen die afwijkende Smad2/3-signalering reduceert en het eindstadium van erytropoëse stimuleert door te binden aan selecte TGF β-superfamilie-liganden.

In de MEDALIST-studie werden 229 volwassen patiënten geïncludeerd met IPSS-R-gedefinieerde zeer laag, laag of intermediair risico MDS met ringsideroblasten. Alle patiënten hadden geen respons laten zien bij gebruik van ESA’s of kwamen daar niet voor in aanmerking en moesten minimaal elke 1-2 maanden een RBCT krijgen. Patiënten werden gerandomiseerd (2:1) toegewezen aan luspatercept (startdosis 1,0 mg/kg met zo nodig titratie tot aan 1,75 mg/kg), of placebo, subcutaan elke 3 weken voor een minimale duur van 24 weken. Het primaire eindpunt van de studie was RBCT-onafhankelijkheid voor ≥8 weken tussen week 1 en 24. Ook onderzocht werd het percentage patiënten dat RBCT-onafhankelijk was voor ≥12 weken tussen week 1 en 24 en het percentage patiënten dat een verbeterde hematologische erytroïde respons vertoonde voor een aaneengesloten duur van 56 dagen (IWG 2006 criteria).

Een significant groter deel van de patiënten die behandeld werden met luspatercept behaalde het primaire eindpunt in vergelijking met placebo: 37,9% versus 13,2% (p<0,0001). Ook voor de secundaire uitkomstmaten was luspatercept superieur aan placebo. Het percentage ≥12 weken RBCT-onafhankelijk was 28,1% in de actieve arm vergeleken met 7,9% bij placebo (p=0,0002). Een verbeterde hematologische erytroïde respons werd bereikt bij 52,9% van de patiënten met luspatercept tegenover 11,8% in de placebogroep (p<0,0001). Met andere woorden, bij 52,9% van de patiënten was sprake van een significante afname in het aantal benodigde transfusies, of liet verhoogde hemoglobinewaarden zien zonder RBCT, terwijl dit zo was bij 11,8% in de placebogroep.

De meest gerapporteerde bijwerkingen met luspatercept waren vermoeidheid en spierpijn, hoewel het moeilijk vast te stellen was of dit het gevolg was van het medicijn of de anemie zelf. Over het algemeen kwam het bijwerkingenprofiel van luspatercept overeen met wat was gerapporteerd in de PACE-MDS fase II-studie.

Samengevat resulteerde de behandeling met luspatercept in een significant groter deel van de patiënten dat RBCT-onafhankelijk werd dan met placebo, met een acceptabel bijwerkingenprofiel. Deze resultaten vormen ondersteuning voor de mogelijkheid van luspatercept als nieuwe behandeling voor patiënten met anemie geassocieerd met IPSS-R-gedefinieerde zeer laag, laag of intermediair risico MDS en de noodzaak voor RBCT’s. Voor patiënten met lager risico MDS zonder ringsideroblasten en patiënten met hoger risico MDS is het op dit moment nog niet duidelijk of zij baat kunnen hebben bij het middel.

 

Referentie

Fenaux P, Platzbecker U, Mufti GJ, et al. The MEDALIST trial: results of a phase 3, randomized, double-blind, placebo-controlled study of luspatercept to treat anemia in patients with very low-, low-, or intermediate-risk myelodysplastic syndromes (MDS) with ring sideroblasts (RS) who require red blood cell (RBC) transfusions. Gepresenteerd tijdens ASH 2018; Abstract 1.

Spreker Pierre Fenaux

fenaux

Dr. Pierre Fenaux, MD, Service d’Hématologie Séniors, Hôpital Saint-Louis, Université Paris 7, Parijs, Frankrijk

 

Zie: Keyslides

 

Naar boven