preheader NTVH

Celgene Banner Celtherapie

Sutimlimab verbetert de kwaliteit van leven van patiënten met koudeagglutinatieziekte

Sutimlimab is het eerste gehumaniseerde monoklonale anti-C1s-antilichaam dat selectief het C1 complex remt. Op deze wijze voorkomt sutimlimab activatie van de klassieke complementroute. Eerdere resultaten van de fase III CARDINAL-studie lieten een significant verbeterde anemie en remming van de hemolyse zien bij patiënten met koudeagglutinatieziekte (‘cold agglutinin disease’, CAD). Tijdens EHA 2020 werden de resultaten met betrekking tot kwaliteit van leven gepresenteerd en deze lieten zien dat sutimlimab een snelle en klinisch relevante verbetering gaf in alle patiëntgerapporteerde uitkomsten (‘patient reported outcomes’, PROs). Deze data ondersteunen dat therapie gericht tegen de klassieke complementroute effectief is bij CAD-patiënten.

Achtergrond

CAD is een zeldzame auto-immuunziekte, waarbij hemolyse wordt veroorzaakt door activering van de klassieke complementroute, wat uiteindelijk leidt tot anemie. Dit resulteert in verschillende symptomen, waaronder ernstige vermoeidheid, anemie en zwakte waardoor de kwaliteit van leven (‘quality of life’, QoL) afneemt. Sutimlimab is een monoklonaal antilichaam dat is ontworpen om te voorkomen dat C1s-eiwitten de klassieke complementroute activeren. Recent hebben de resultaten van de CARDINAL-studie aangetoond dat sutimlimab hemolyse kan tegengaan en significant de anemie van CAD-patiënten verbetert. Een van de secundaire eindpunten van deze studie was om de effecten van sutimlimab op de QoL te bestuderen door te kijken naar de PROs.

De open label, eenarmige CARDINAL-studie includeerde CAD-patiënten die ten minste 1 bloedtransfusie hadden gehad in de 6 maanden voorafgaand aan de studie. Om in aanmerking te komen voor de studie moest het Hb-niveau ≤ 10 g/dL zijn en diende er sprake te zijn van actieve hemolyse. Verder mochten patiënten niet behandeld zijn met rituximab in de 3 maanden voorafgaand aan de studie of combinatiebehandelingen in de 6 maanden voorafgaand aan de studie. Patiënten werden behandeld met intraveneus sutimlimab op dag 0 en 7, gevolgd door tweewekelijkse behandelingen. Patiënten die minder dan 75 kg wogen kregen een dosis van 6,5 g; patiënten met een gewicht van ten minste 75 kg kregen een dosis van 7,5 g. In deel A van de studie werden de effectiviteit en het bijwerkingenprofiel van sutimlimab geëvalueerd over een tijdsspanne van 26 weken, deel B betreft een voortdurende veiligheidsextensiestudie.

Resultaten

Bij start van de CARDINAL-studie hadden alle patiënten (n=24) abnormale QoL-uitkomstmaten die overeen kwamen met die van kankerpatiënten of patiënten met een auto-immuunziekte. Alle patiënten in de CARDINAL-studie ervaarden klinisch zinvolle verbeteringen met betrekking tot alle PROs na behandeling met sutimlimab.

Ten tijde van het behandelingsbeoordelingsmoment (‘treatment assessment time point’, TAT), hadden 17 van de 24 patiënten evalueerbare FACIT-F-scores en verbeteringen in deze score werden gezien vanaf week 1, welke werden gehandhaafd tot aan week 26. De mediane toename in FACIT-F-score was 10,9 (baseline: 32,5; TAT: 44,3). In totaal behaalde 88,2% van de patiënten een klinisch zinvolle verbetering van de FACIT-F-score van ten minste een toename van 3 punten.

Bij 16 patiënten was de ‘5-level EuroQol 5 dimensions questionnaire’ (EQ-5D-5L) evalueerbaar. Bij deze patiënten was de mediane (SD) toename in index en visuele analoge schaalscores van baseline tot week 26 respectievelijk 0,074 (0,185) en 16,8 (16,9). De grootste verbeteringen werden behaald in mobiliteit (69% van de patiënten had geen of slechts lichte problemen bij start van de behandeling hetgeen verbeterde naar 82,4% in week 26) en gewone activiteiten (52,1% van de patiënten had geen of slechts lichte problemen bij start van de behandeling hetgeen verbeterde naar 82,4% in week 26).

De mediane toename in de ‘12-item Short Form Health Survey’ (SF-12) fysieke componentscore van start van de behandeling tot week 26 was 5,9 (van 38,7 naar 44,6), terwijl de mediane toename in de SF-12 mentale componentscore van start van de behandeling tot week 26 3,3 punten was (van 49,8 naar 53,1) met een klinische zinvolle verandering die al plaatsvond in week 5.

Verbeteringen in al deze QoL-metingen waren gecorreleerd aan het verdwijnen van de hemolyse, met een bijna complete remming van de complementroute en een snelle normalisatie van complement C4. In week 26 gaven de meeste patiënten (93,8%) aan dat ze verbeterd waren op de ‘Patient Global Impression of Change’ in vergelijking met de start van de behandeling, er was geen patiënt die aangaf verslechterd te zijn. De meeste patiënten (88,2%) die de ‘Patient Global Impression of Fatigue Severity’ afrondden, hadden milde of gemiddelde vermoeidheid; geen patiënt rapporteerde ernstige vermoeidheid. Dit is een duidelijke verbetering ten opzichte van de start van de behandeling waarbij 83,3% van de patiënten aangaf vermoeid te zijn, waarvan een derde van de patiënten dit kwalificeerde als ernstig.

Conclusie

De fase III CARDINAL-studie laat zien dat, naast de mate van anemie, activatie van de klassieke complementroute met als gevolg hemolyse een belangrijke rol speelt bij de vermoeidheidssymptomen en verminderde QoL van CAD-patiënten. Behandeling met sutimlimab, een C1s-remmer, resulteert in snelle, klinisch zinvolle verbeteringen in alle PROs die geëvalueerd zijn, hetgeen verder aantoont dat therapieën gericht tegen de complementroute effectief zijn bij het management van patiënten met CAD.

Referentie

Röth A, Barcellini W, Anderson Tvedt TH, et al. Sutimlimab, a complement C1S inhibitor, improves quality of life in patients with cold agglutinin disease: patient-reported outcomes results of the phase 3 Cardinal study. Gepresenteerd tijdens EHA 2020; Abstract S333.

Spreker A. Röth

A. Röth

A. Röth, MD, Department of Hematology, West German Cancer Center, University Hospital Essen, University of Duisburg-Essen, Essen, Duitsland

 

Zie: Keyslides

 

Naar boven