preheader NTVH

header

Beenmergkarakteristieken op baseline in een longitudinale studie naar eltrombopag bij patiënten met chronische ITP

Trombopoëtinereceptoragonisten (TPO-RAs) zijn geassocieerd met een toename van reticulinevezels in het beenmerg, maar de betekenis hiervan is beperkt doordat gegevens niet prospectief verzameld zijn. Eltrombopag is een orale, niet-peptide TPO-RA die de productie van trombocyten verhoogt door stimulatie van de differentiatie en proliferatie van megakaryocyten. Het middel is in Europa toegelaten voor de behandeling van ITP-patiënten die na splenectomie additionele therapie nodig hebben of die een contra-indicatie hebben voor splenectomie. Momenteel loopt een longitudinale, tweejarige studie naar eltrombopag bij eerder behandelde ITP-patiënten.

In deze studie worden volwassenen met chronische ITP geïncludeerd die niet reageerden op de eerstelijns behandeling. Op baseline en na 1 en 2 jaar behandeling met eltrombopag wordt een beenmergbiopsie uitgevoerd. Na een centrale bewerking worden de monsters beoordeeld op cellulariteit, de hoeveelheid megakaryocyten, erytrocyten en myeloïde cellen, en hun maturatiefase. Ook veranderingen in het trabeculaire bot, de vorming van reticuline en van collageen worden onderzocht (European Consensus Scale).

Tijdens het congres van de European Hematology Association presenteerde Russell K Brynes een poster met de beenmergkarakteristieken die tot nu toe bekend zijn. Met 167 patiënten in de studie is de werving afgerond. Van 155 deelnemers zijn de karakteristieken op baseline geanalyseerd. De mediane leeftijd was 41 jaar, de duur van de chronische ITP was mediaan 3,9 jaar, 34 patiënten hadden eerder splenectomie ondergaan, en 12 patiënten waren eerder behandeld met een TPO-RA (eltrombopag of romiplostim). Het mediane aantal trombocyten was 21 x 1099/l.

In 130 van 153 monsters (85%) was de cellulariteit normaal. Bij 139 patiënten (91%) was het aantal megakaryocyten verhoogd. De morfologie van de megakaryocyten was echter bij 144 patiënten (94%) normaal. Erytroidhyperplasie was gezien bij 27 patiënten en granulocytenmaturatie was verhoogd bij 7 patiënten. Trabeculair bot was afgenomen bij 60 patiënten (43%); het merendeel van hen had vooraf corticosteroïden gebruikt. 139 patiënten (90%) vertoonden geen reticulinevorming, en bij 16 patiënten (10%) was reticuline graad 1 zichtbaar. De 12 patiënten die eerder al met een TPO-RA waren behandeld, hadden allen reticuline graad 0. Bij niemand was collageenvorming opgetreden.

Uit deze prospectieve analyse kan geconcludeerd worden dat ongeveer 10% van de patiënten met chronische ITP, reticuline graad 1 heeft gevormd voordat behandeling met een TPO-RA wordt gestart. De Eltrombopag eXTENded Dosing (EXTEND)-studie, waarvan in 2011 data als abstract zijn gepresenteerd, toonde geen klinisch relevante toename van reticuline na gebruik van eltrombopag. Baselinekarakteristieken ontbraken echter in die studie. Data van de hier gepresenteerde prospectieve studie moeten meer duidelijkheid geven over het effect van eltrombopag op het beenmerg.

Referentie

Brynes RK, et al. Analysis of baseline bone marrow characteristics in a longitudinal 2-year bone marrow study of eltrombopag in previously treated patients with chronic immune thrombocytopenia. Presented at EHA 2012. Poster #493. Brynes RK, et al. Blood 2011;118. Abstract 528.

Spreker Russell Brynes

 brynes

Russell K. Brynes, MD,
Department of Pathology, University of Southern California, Los Angeles, Verenigde Staten


Zie: Keyslide

Naar boven